Ik heb toch de psychologische omgangsvorm.
Vanaf eerste kennismaking tot goed contact gebruik van de juiste woorden vervat in fraaie zinnen. Haast een toneelstuk zou je zeggen? In menig gezin is het schreeuwen en schelden, nee dat ambieer ik niet. Ik wil wel de juiste dingen zeggen, en beraad houden op welke wijze dewelke aangelegenheid nadien voor te stellen. Deze vormelijkheid heb ik deels geleerd van mijn moeder, grotendeels gestudeerd in goede boeken maar het is eveneens een kwestie van intelligente feeling. Een verloofd stel dat stijfjes naar Hildebrand met elkaar optrekt is mij echter wat te gortig maar zo ging het wel, zeker in de 19e eeuw. Wie zijn zelfbeheersing verliest maakt meer stuk dan goed.
Dat ik ondanks mijn aversie tegen grote gezelschappen daarenboven een hapje en een drankje bemin weet je. Dat daarover ooit iets gezegd moge zijn geworden in je familie heb ik altijd betreurd, mensen van niveau en beschaving hadden zich tegenover familie nooit iets mogen laten ontvallen. Dat jij naar ik vermoed daarop ingegaan bent verdriet mij nog altijd, hierin maakte je ten opzichte van mij een psychologische fout betreffende de solidariteit. Je mag mij niet afvallen namelijk want dan doe je indirect jezelf tekort.
Je had kunnen repliceren met ‘n diplomatiek: “Maar de catering was dan ook ongekend voortreffelijk en ik heb de mensen zalig zien genieten.”
Dat ik niet van reizen houd weet je, vaak familie in Westfalen tot en met 1961, ooit een dagje Wenen met oom meegereden, ooit tweemaal Gütersloh waar de Duitse Elisabeth woonachtig is en verder dagtrips. Hotels heb ik zelden meegemaakt en verafschuw ik eigenlijk.
Dat jij nu al een aantal malen mij op reis hebt moeten missen behoeft nog geen reden te zijn altijd maar dit pijnlijke onderwerp ter sprake te brengen als je het doel mocht hebben mij van gedachte te doen veranderen. Ik ben 63½ en heb een aardig geprägt karakter, dat vervorm je niet meer. Spreken met anderen over mijn “reisonlust” (antoniem is reisonrust) is nadelig ten opzichte van het respect dat men moge hebben voor mijn persoon.
Je had kunnen repliceren: “Die professor Jos is nu eenmaal een boekenwurm die de wereld bekijkt vanuit het kijkgat van zijn hutje op de hei!”
Zo zie je met deze twee voorbeelden dat je iets wat op je afkomt ten gunste kan buigen mits je de juiste formulering benut. Dit is een kwestie van inzicht en moraal.
Jos
Vanaf eerste kennismaking tot goed contact gebruik van de juiste woorden vervat in fraaie zinnen. Haast een toneelstuk zou je zeggen? In menig gezin is het schreeuwen en schelden, nee dat ambieer ik niet. Ik wil wel de juiste dingen zeggen, en beraad houden op welke wijze dewelke aangelegenheid nadien voor te stellen. Deze vormelijkheid heb ik deels geleerd van mijn moeder, grotendeels gestudeerd in goede boeken maar het is eveneens een kwestie van intelligente feeling. Een verloofd stel dat stijfjes naar Hildebrand met elkaar optrekt is mij echter wat te gortig maar zo ging het wel, zeker in de 19e eeuw. Wie zijn zelfbeheersing verliest maakt meer stuk dan goed.
Dat ik ondanks mijn aversie tegen grote gezelschappen daarenboven een hapje en een drankje bemin weet je. Dat daarover ooit iets gezegd moge zijn geworden in je familie heb ik altijd betreurd, mensen van niveau en beschaving hadden zich tegenover familie nooit iets mogen laten ontvallen. Dat jij naar ik vermoed daarop ingegaan bent verdriet mij nog altijd, hierin maakte je ten opzichte van mij een psychologische fout betreffende de solidariteit. Je mag mij niet afvallen namelijk want dan doe je indirect jezelf tekort.
Je had kunnen repliceren met ‘n diplomatiek: “Maar de catering was dan ook ongekend voortreffelijk en ik heb de mensen zalig zien genieten.”
Dat ik niet van reizen houd weet je, vaak familie in Westfalen tot en met 1961, ooit een dagje Wenen met oom meegereden, ooit tweemaal Gütersloh waar de Duitse Elisabeth woonachtig is en verder dagtrips. Hotels heb ik zelden meegemaakt en verafschuw ik eigenlijk.
Dat jij nu al een aantal malen mij op reis hebt moeten missen behoeft nog geen reden te zijn altijd maar dit pijnlijke onderwerp ter sprake te brengen als je het doel mocht hebben mij van gedachte te doen veranderen. Ik ben 63½ en heb een aardig geprägt karakter, dat vervorm je niet meer. Spreken met anderen over mijn “reisonlust” (antoniem is reisonrust) is nadelig ten opzichte van het respect dat men moge hebben voor mijn persoon.
Je had kunnen repliceren: “Die professor Jos is nu eenmaal een boekenwurm die de wereld bekijkt vanuit het kijkgat van zijn hutje op de hei!”
Zo zie je met deze twee voorbeelden dat je iets wat op je afkomt ten gunste kan buigen mits je de juiste formulering benut. Dit is een kwestie van inzicht en moraal.
Jos
Geen opmerkingen:
Een reactie posten