donderdag 6 juni 2013

65 jaar met een slok in het donker

Posted on Monday, April 28, 2008 1:40 PM

65 jaar met een slok in het donker
Traditioneel is er op mijn verjaardag kermis, in het hart van de stad dat aldus een week of meer heftig moet bonzen. Wat thans opvalt, zijn de meer dan torenhoge apparaten waarmee de bezoekers, want het gegil is niet van de lucht, meer dan ooit de stuipen op het lijf gejaagd worden!

Ik had gedoucht terwijl Spoed! liep maar een onderbreking in het volgen van het toch al hakkelige scenario is allerminst te betreuren. Om precies negen uur in de avond stempelde ik voor het eerst de roze kaart, welke ik beslist als aandenken dezes avonds wil bewaren, want ik ben nu eenmaal een verwoed archiveerder.

Velen maakten foto’s van de kermisattracties, waarop ook ik mijn camera richtte op de gigantische voorwerpen vol bewegende lichten. Maar ‘n liefhebber van meedoen ben ik allerminst, ik houd het bij de schouw als door een hoofdschuddende grijsaard. Toch kreeg ik de neiging indien ik een mooi meisje naast mij had gehad haar mee te trekken de griezels van het spookhuis in, waarvan de eindelijk van degelijke opgangbeugel voorziene wagentjes luxueuzer waren geconstrueerd dan die van oudsher over de wiebelende amateuristische spoorrails.

Een wandeling maakte ik van het Waterloopleinstation via het Rembrandtsplein maar de Munt. Het wordt tijd meer de stad te bezoeken, die na zo’n vijf jaren thuis zitten zienderogen verandert. Alleen een Nieuwe Amstelstraat al is door nieuwbouw van aanzien veranderd. Ik bemerkte tot mijn verwondering de gesloten winkel van Van Dobbe, al waar ik op een avond als deze beslist een broodje halfom had willen eten. Moeten ze nu vrijaf nemen vanwege de verjaardag van de kroonprins? De Turfmarkt was vrij stil en dan ben ik op mijn hoede, moet dan juist een vreemd figuur in ’n auto zien zitten.

Dan kwam de uitnodiging als gelegen om in plaats van een broodje daar, op de kermis een Bratwurst te eten, ditmaal geprepareerd boven een echte houtskoolgrill. Helaas, maar de worst was minder zout dan verwacht, echter knapperig en derhalve weer een traktatie.
Dan de looppas erin voor mijn bezoek aan de Irish pub voor mijn geliefde Guinness. Het was niet zo druk als gewoonlijk en de muziek stond gelukkig zachtjes. Ik zat naast een Engelse die toch echt wel met haar partner een volwassen indruk maakte doch jammer genoeg niet veel groter was dan 5’3”. Ze kon wel een slok op van het extra sterke flessenbier. Maar ik blijf zoals altijd bij de draft. Echter had ik een misrekening gemaakt het kostbare vocht boven op de worst te nuttigen zodat niet eerder dan bij de tweede pint ik de hemelse smaak ten volle kon genieten. Zo kan je leven als God in Nederland!

Via de kanalen met veel toeristische drukte kwam ik op de Klovenier waar het echt goed stil werd. Ik bleef nogal achter een reiziger met bagage lopen om niet alleen te zijn. De voormalig litteraire caféruimte was gevuld, met een rijkdom aan Belgische bieren, maar daarin begaf ik mij niet. Wandelde echter naar de Staalstraat om een knus adresje op te zoeken. Tot mijn spijt was dit leeg, de toestroom moest na de film nog komen en dus ging ik naar de tegenover zich bevindende uitspanning.

De kan bier was prachtig, weet ik nog, en de temperatuur voortreffelijk. Een jonge gitarist gaf blijk van zijn kunde, een beschaafde stem en een techniek van afwisselende akkoorden die blijk geven van studie. Toen ik de zaak verliet en hij eveneens aanstalten maakte te stoppen, bracht ik hem een munt want op een avond als deze is vrijgevigheid geboden.

Nu ligt het voor de hand via de kortste weg de sneltram op Napoleons station te pakken maar mooi niet: de stilte en duisternis zijn zo groot dat ik niet waag daar te lopen met mijn dukaten. Ik ging dus via de Munt naar het Koningsplein en kon op het plaskruis nog even bidden.

De vijf arriveerde snel en er nam een studente naast mij plaats. Hoe het kwam weet ik niet maar ik moet vermeld hebben dat ik een lekker pils gedronken had waarop zij dit beantwoordde nog te moeten beginnen. 
“Dat kan toch niet”, zei ik verwonderd, “na hier zijn immers geen cafés meer?”
“Café Uilenstede is er”
“Zijn daar studentenprijzen?”, vroeg ik.
“Dat zal echt tegenvallen hoor!”
Verder beluisterde ze de iPod.

Maar ik kreeg een idee: ik bleef zitten tot voornoemd Uilenstede en wandelde zij het op grote afstand van haar door de donkere lanen van de studentenwijk naar het café. Ik was daar ooit wel geweest dus voor verdwalen hoefde ik niet bevreesd te zijn.

Eenmaal binnen tikte ik haar schouder aan en zei dat ik de weg ook gevonden had. Ze keek mij aan met grote ogen. Toen genoot ik van een laatste pint hevig koel bier dat de pilsavond deed besluiten. Dat er niet slechts studenten komen wist ik al, ook zij die een billijker tarief prefereren weten het te vinden; ik schat de prijs minstens een euro minder dan in een soortgelijke gelegenheid in de stad.

Door een uiterst zacht regenbuitje kuierde ik naar huis. Ik ben een dag ouder geworden maar voor een bier ben je nooit te oud.

Jos Heitmann
AMSTERDAM
27 IV 2008

Geen opmerkingen:

Een reactie posten