Vroeg naar bed zijn de schoolgaande kinderen zeker niet gegaan, het
was immers op donderdag de 5e mei 1955 een vrije feestdag van de tienjarige
Bevrijding. De school deed niet meer activiteit dat een rijtje illegaal
verspreide stencils voor het klasseraam tentoon te stellen doch op afstand waren
de lettertjes te klein om te lezen, laat staan dat wij de inhoud ervan begrepen
zouden hebben.
Diverse spellen werden georganiseerd op het Thérèse
Schwartzeplein, gelegen in Amsterdam Oud-Zuid naast het befaamde gebouw
van de woningbouwvereniging De Dageraad met de architectuur van de Amsterdamse
School door P. Kramer en M. de Klerk. Nog altijd komen reisbussen vol
gestudeerde mensen die dit gebouw van buiten willen bekijken doch geen
weet krijgen dat de binnenruimten allerminst geriefelijk waren als ze
ondergeschikt zijn gemaakt aan de buitengevel.
Vrijwilligers stuurden de aanstromende jongelui van de zo kinderrijke
omgeving naar de plekken waar spelers benodigd werden en mij naar een dik touw
bij welks een der einden een jongen stond te wachten op zijn tegenstander. Wij
trekken, ik zette mijn hakken in het zachte gras en kon zonder moeite over de
krijtstreep komen. Als beloning kreeg ik een met blauwige kapiteinskop voorzien
vrijkaartje voor een rondvaart voor twee personen (de ouder dus bedoeld). De
stad Amsterdam heeft zich bepaald moeite getroost in zovele buurten en wijken
festiviteiten voor te bereiden!
Maar na het avondeten begaven wij ons naar de Pieter Lodewijk
Takstraat hoek Burgemeester Tellegenstraat (voor 1927 Coöperatiestraat
geheten) alwaar een podium was opgericht. Dat zal een dagje timmerwerk gegeven
hebben! De kinderen mochten vooraan staan zodat we niet meer goed weten of er
een menigte van volwassenen de voorstelling heeft bijgewoond. Echter hadden wij
daar geen aandacht voor, we keken vooruit! De ene sketch na de andere werd
opgevoerd, misschien ook nog een accordeonist. Er is maar een toneelstuk dat mij
bijgebleven is vanwege een schier bizarre inhoud.
Er werden drie stoelen klaargezet waarop in het midden een jongeman plaatsnam
in een keurig colbert, rechts en links van hem een man of een vrouw of twee
vrouwen. We verplaatsen ons naar een denkbeeldige voetbalwedstrijd waar
enthousiast publiek het op een schreeuwen en gillen zet teneinde de spelers aan
te moedigen. Plots strekt een zijn arm en grijpt de mouw van de middelste man.
We horen het pak lichtjes scheuren maar zien nog niets. Vervolgens gilt en
krijst de ander om ongezien de middelste vast te pakken, hem dan oorverdovend
aan te schreeuwen hoe hij toch naar het gebeuren op het veld moet kijken! Nu
gaat de mouw echt scheuren en onze monden vallen open van verbazing hoe zoiets
nu kan? Zo ging het verder en werd het steeds erger, te langen leste resteerde
van zijn colbert niet veel meer dan een bos flarden en rafels. Wij zijn
bijgekomen en horen de middelste verzuchten: “Als ik dit eerder had geweten
was ik niet naar de wedstrijd gekomen!“
Ouder geworden heb ik nog wel gedacht aan dit gebeuren, en begreep ik dat zo
een pak de eerste pas wordt genoemd met rijggaren om eventueel correcties aan te
kunnen brengen. Maar ook vroeg ik mij af of de vrouw of twee vrouwen tijdens de
Bevrijding ook zo te keer zijn gegaan met hunne uitspattingen...?
Amsterdamse School, Willem Passtoorsstraat hoek Thérèse
Schwartzestraat (1924).
Dit artikel is zeker tien jaar oud maar bleek nog niet gepubliceerd te zijn.
BeantwoordenVerwijderenDe saaiste straat van Amsterdam: Burgemeester Tellegenstraat
BeantwoordenVerwijderen